Bidden voor genezing is ontmaskering van het kwaad (3)
In een serie van vier Bijbelstudies over willen we nadenken over 'genezing'. In de eerste stonden we stil bij het Koninkrijk van God. In de tweede stonden we stil bij het herstel dat Jezus kwam brengen. In deze derde Bijbelstudie staan we stil bij het ontmaskeren van het kwaad. Tenslotte staan we in de vierde dan stil bij de plek die genezing in dit geheel heeft. Geneest God vandaag nog steeds?
In de vorige Bijbelstudie eindigden we met de kenmerken die Jezus noemt van gelovigen: "En hen die geloofd zullen hebben, zullen deze tekenen volgen: in Mijn Naam zullen zij demonen uitdrijven; in vreemde talen zullen zij spreken; slangen zullen zij oppakken; en als zij iets dodelijks zullen drinken, zal het hen beslist niet schaden; op zieken zullen zij de handen leggen en zij zullen gezond worden. (Marcus 16:17-18)
De slang ontmaskert
Laten we eerst even inzoomen op de 'slangen oppakken'. Ik geloof, dat Jezus dit niet zomaar willekeurig in het rijtje kenmerken van gelovigen opnoemt. De slang komen we immers door de hele Bijbel heen tegen. In Genesis 3:1 staat: "De slang nu was de listigste onder alle dieren van het veld, die de HEERE God gemaakt had."
Het woord dat vertaald is met listigste, betekent ook 'slimste'. Satan kiest het meest slimme dier dat er bestaat uit om de mens te verleiden. Hij vermomt zich om de mens in de val te kunnen lokken. En de mens loopt er met open ogen in! Zo dringt het kwaad de wereld binnen. En door de ongehoorzaamheid aan God is de relatie tussen God en de mens kapot gemaakt. Met direct ook gevolgen voor de relatie tussen mensen onderling. Dat is de nieuwe realiteit geworden.
Maar God laat het daar niet bij! Hij komt om de satan te ontmaskeren. Hij vervloekt de slang: op zijn buik zal hij voortaan gaan, door het stof en uiteindelijk zal zijn kop vermorzeld worden. Er zal strijd zijn tussen het zaad van de vrouw en het zaad van de slang. (Genesis 3:15)
Een strijd die we door de hele Bijbel terug zien. Maar telkens weer valt op, dat waar de slang in beeld komt, God hem aldoor weer ontmaskert als zijnde het kwaad dat overwonnen zal worden.
Eerst dus al in de tuin van Eden. Maar ook bijvoorbeeld in Exodus 7 waar Mozes naar de farao van Egypte moet gaan om de vrijlating van het volk Israël te vragen. Als teken van de autoriteit die God hem heeft gegeven, mag Mozes enkele wonderen doen. Eerst moet hij zijn staf op de grond gooien. Die verandert in een slang! Wanneer de tovenaars van de farao hetzelfde doen, worden die slangen opgegeten door de slang van Mozes.
God wil vrijheid voor Zijn volk. Via het beeld van de slang wordt de macht van farao en van zijn tovenaars te kijk gezet. En daarmee wordt opnieuw de satan ontmaskert!
Overwinning
In Numeri 21 lezen we hoe het volk Israël in de woestijn op God begint te mopperen. God stuurt slangen op hen af om hen te straffen. Zou het toevallig zijn, dat God juist slangen stuurt? Mozes krijgt de opdracht om een koperen slang te maken en deze op een paal te plaatsen.
Het woord, dat daar wordt gebruikt, kan ook banier of opgericht voorwerp betekenen. Mozes moet het omhoog houden en iedere Israëliet die gebeten is door de slang en naar de opgeheven koperen slang kijkt zal gered worden. Zo is de opgeheven slang een teken van redding, een banier van overwinning voor wie gelooft.
In hun leven wordt het kwaad teniet gedaan. En zo wijst dit beeld ook meteen vooruit naar Jezus. Ook Hij zou later op een opgerichte paal verheven worden tot redding voor iedereen die in geloof zijn blik op Hem richt. Jezus kwam om de macht van satan voor eens voor altijd te breken. Om vrijheid te brengen voor wie gelooft.
In Mattheus 4 lezen we hoe Jezus na Zijn doop door de Geest naar de woestijn gevoerd wordt. Daar komt satan bij Hem om Hem te verzoeken. Maar elke poging loopt stuk. Keer op keer ontmaskert Jezus de werkelijke bedoelingen van satan. Tot Jezus hem uiteindelijk weg stuurt.
Paulus waarschuwt: "Maar ik vrees dat, zoals de slang met zijn sluwheid Eva verleid heeft, zo misschien ook uw gedachten bedorven worden, weg van de eenvoud die in Christus is." (2 Korinthe 11:3)
Nog steeds probeert satan de gelovigen te misleiden. En dat zal hij blijven doen, tot er voor eens en voor altijd met hem afgerekend zal worden. "En de duivel, die hen misleidde, werd in de poel van vuur en zwavel geworpen, waar ook het beest en de valse profeet reeds zijn. En zij zullen dag en nacht gepijnigd worden in alle eeuwigheid." (Openbaringen 20:10)
Voor het zover is, zullen er heftige tijden aanbreken, voor Israël en voor christenen wereldwijd. Lees Openbaringen 12-20 er maar op na. Maar de afloop staat vast: Satan wordt definitief ontmaskert én onttroont. God maakt alle dingen nieuw!
"En ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, want de eerste hemel en de eerste aarde waren voorbijgegaan. En de zee was er niet meer. (...) En ik hoorde een luide stem uit de hemel zeggen: Zie, de tent van God is bij de mensen en Hij zal bij hen wonen, en zij zullen Zijn volk zijn, en God Zelf zal bij hen zijn en hun God zijn. En God zal alle tranen van hun ogen afwissen, en de dood zal er niet meer zijn; ook geen rouw, jammerklacht of moeite zal er meer zijn. Want de eerste dingen zijn voorbijgegaan. En Hij Die op de troon zit, zei: Zie, Ik maak alle dingen nieuw. En Hij zei tegen mij: Schrijf, want deze woorden zijn waarachtig en betrouwbaar." (Openbaringen 21:1, Openbaringen 21:3-5)
Nu al realiteit
Jezus kwam op aarde om het kwaad te overwinnen. Jezus kwam om mensen te bevrijden uit de slavernij van de zonde en hen nieuw leven door de Geest te geven. Niet pas later, maar nu al! Jezus kwam om nu al iets zichtbaar te maken, van wat later volledige en volmaakte realiteit zal zijn. Nu al mogen mensen ervaren wat het betekent om vrijheid en herstel te ontvangen.
"Toen het nu avond geworden was, brachten ze velen die door demonen bezeten waren, bij Hem, en Hij dreef de boze geesten uit met een enkel woord, en Hij genas allen die er slecht aan toe waren, zodat vervuld werd wat gesproken was door de profeet Jesaja toen hij zei: Hij heeft onze zwakheden op Zich genomen, en onze ziekten gedragen." (Mattheus 8:16-17)
Jezus bevrijdt en herstelt en ontmaskert satan. En Hij stuurt Zijn leerlingen er op uit om hetzelfde te doen! Eerst de 12 discipelen, vervolgens een groep van 70 gelovigen. "De zeventig zijn teruggekeerd met blijdschap en zeiden: Heere, zelfs de demonen zijn in Uw Naam aan ons onderworpen. Hij zei tegen hen: Ik zag de satan als een bliksem uit de hemel vallen. Zie, Ik geef u de macht om op slangen en schorpioenen te trappen en de macht over alle kracht van de vijand; en niets zal u schade toebrengen." (Lucas 10:17-19)
En het blijft niet bij die 70! Jezus zegt, dat deze tekenen kenmerkend zijn voor wie gelooft (Marcus 16). Slangen zullen zij oppakken: gelovigen zullen satan en zijn demonen ontmaskeren.
Bijzonder is, dat dit bij Paulus zelfs heel letterlijk zichtbaar wordt, wanneer hij op Malta is. "En toen Paulus een bos takken bijeengeraapt en op het vuur gelegd had, kwam er door de hitte een adder uit en die beet zich vast in zijn hand. En toen de inlandse bevolking het beest aan zijn hand zag hangen, zeiden zij tegen elkaar: Deze man is vast en zeker een moordenaar, die de wraakgodin niet wilde laten leven nadat hij uit de zee ontkomen was. Hij schudde het beest echter af in het vuur en leed geen enkel kwaad." (Handelingen 28:3-5) De slang wordt ontmaskert en zijn gif heeft geen effect! De macht van satan is gebroken. Dat is wat gelovigen zichtbaar mogen maken.
Herkenbare gelovigen
"En hen die geloofd zullen hebben, zullen deze tekenen volgen: in Mijn Naam zullen zij demonen uitdrijven; in vreemde talen zullen zij spreken; slangen zullen zij oppakken; en als zij iets dodelijks zullen drinken, zal het hen beslist niet schaden; op zieken zullen zij de handen leggen en zij zullen gezond worden." (Marcus 16:17-18)
Het kwaad ontmaskeren kan op allerlei manieren. Jezus geeft ons niet alleen een opdracht, maar ook de autoriteit om deze opdracht uit te voeren. En dat zal niet onopgemerkt blijven! Geloven is een werkwoord! Demonen worden uitgedreven, we zullen spreken in tongen en slangen oppakken.
We hebben tot nu toe in deze serie Bijbelstudies gezien, dat wanneer we nadenken over 'bidden voor genezing' we eerst zullen moeten nadenken over 'bekering'. Vervolgens ook over het herstel dat Jezus brengt in onze relatie met God en onze relatie met andere mensen. En tenslotte dat we de vijand moeten herkennen en ontmaskeren en in Jezus Naam met hem af moeten rekenen. In Christus zijn we 'herkenbare gelovigen'.
Het laatste kenmerk van gelovigen, die Jezus noemt in Marcus 16 is het handen opleggen bij zieken. In de vierde en laatste Bijbelstudie in deze serie over 'bidden voor genezing' gaan we daar verder op in.