ricardo-gomez-angel-210iNu-GQXU-unsplash

Nieuw leven voor jou!

In een andere Bijbelstudie stonden we er bij stil, dat Jezus iets wil doen aan je geestelijke dorst: God wil niet dat je droog komt te staan! Als je het allemaal niet meer ziet zitten, is Jezus de enige bron, waar je met je 'dorst' naar toe kan. God wil je door Jezus, Zijn Zoon, nieuwe kracht en nieuw leven geven. Zijn liefde kun je vergelijken met een rivier, die nooit opdroogt. Altijd beschikbaar voor iedereen die met dorst naar Hem toe gaat. Dat belooft God en bewijst God  door de hele Bijbel heen.

Weet je dat water een belangrijke rol speelt door de hele Bijbel heen? Het begint al bij de schepping. God maakt scheiding tussen water en land. Het water moet de Schepper gehoorzamen. Hij spreekt tegen het woeste water. Zo maakt God midden in die woeste watermassa een plaats voor de mens om te leven. Maar ook voor dat leven zelf hebben mensen, maar ook planten en dieren water nodig! En ook daarin voorzag God: "Maar een damp steeg uit de aarde op en bevochtigde de hele aardbodem." (Genesis 2:6 HSV) God laat precies genoeg water toe om vruchtbaarheid en nieuw leven te brengen.

God haat het kwaad

De mens is door God gemaakt als beeld van Hemzelf. Bedoeld om met Hem te leven en Hem te vertegenwoordigen. Maar de mensen kozen (en kiezen!) anders. Ze gingen hun eigen gang en keerden God de rug toe. Ze leefden een leven dat totaal in ging tegen hoe God het had bedoeld. Dat kon Hij niet langer aanzien. God maakte er een einde aan door alle grenzen die Hij aan het water had gesteld op te heffen. Het water werd een allesverwoestende vloed, dat alle kwaad moest uitroeien. Alleen Noach, zijn gezin en de dieren die ze mee moesten nemen werden gespaard, dwars door de waterstromen heen. En pas toen God zei dat het genoeg was, kwam er weer ruimte voor leven: "Toen dacht God weer aan Noach en aan alle wilde dieren en het vee bij hem in de ark. Op zijn bevel begon er een wind over de aarde te waaien, waardoor het water afnam." (Genesis 8:1 NBV)

Verderop in de Bijbel lezen we over Jozef, die in een lege waterput gegooid wordt. En later bij de farao van Egypte moet Jozef een droom uitleggen over vette en magere koeien, die uit het water komen. Het water van de Nijl in dit geval, die grote vruchtbaarheid bracht en daarom als god werd vereerd In Egypte. Maar God zal Egypte laten zien, dat niet dat water, maar Hij de regie heeft. God geeft water voor groei, maar Hij kan dat water ook weg nemen, zodat er droogte en hongersnood komt.

In Exodus lezen we over een baby, van wie het leven gered wordt, doordat zijn moeder hem in een mandje in diezelfde rivier, de Nijl, legt. Hij wordt gevonden door de prinses van Egypte. "Zij gaf hem de naam Mozes. Want, zei ze, ik heb hem uit het water getrokken.’ (Exodus 2:10 HSV) Juist deze Mozes, die uit het water wordt gered wordt, zal God later gebruiken om Zijn volk uit Egypte te halen. Mozes wordt uit het water getrokken. Het is voor hem het begin van een nieuw leven. Daarna maakt God hem klaar voor zijn bediening.

Door het water naar nieuw leven

Het hele volk Israël moet door het water heen. Twee keer zelfs! De eerste keer door de Rode Zee. Mozes krijgt de opdracht om zijn staf uit te strekken over het water. Het water gaat aan de kant en het volk kan naar de overkant. Maar zodra Mozes zijn staf laat zakken, stroomt het water terug en overspoelt het de Egyptenaren. Daarna volgt een lange woestijnreis. En dan moeten ze voor de tweede keer door het water. Dit keer de Jordaan. Bijzonder is, dat er nu niet vooraf een pad ontstaat. Dit pad komt er pas als ze in geloof het water in stappen. (Lees hierover ook de Bijbelstudie 'Wie zijn jouw voorbeelden?')

Deze twee tochten door het water zijn niet voor niets. Het heeft een dubbele betekenis! Voor Zijn eigen volk is het de weg naar een nieuw leven. God legt daarvoor het water Zijn wil op. Tegelijk gebruikt Hij datzelfde water om het kwaad uit te roeien. Leven voor wie gelooft, oordeel voor wie God afwijzen. Dat is de les die God geeft als ze de eerste keer door het water gaan.

Bij de tweede tocht door het water stelt God eigenlijk de geloofsvraag: 'Vertrouwen jullie er op, dat Ik jullie door het water heen naar het leven kan brengen? Nieuw leven, een nieuw begin in het land dat Ik jullie heb beloofd?'

Tegelijk is het, net als bij de eerste keer, ook een moment van afscheid en een nieuw begin. Afscheid van het kwaad, afscheid van een woestijnperiode, van het afdwalen van God, van eigen wegen gaan. Dit afscheid is nodig om een stap te kunnen zetten naar het nieuwe leven in het land van de belofte. Het is Gods verlangen om Zijn kinderen uit het water te trekken. Een nieuw begin, een nieuw leven. En de vraag van God aan Zijn kinderen (ook aan jou!) is: Is dit ook jullie eigen verlangen? En ben je bereid daarvoor een stap te zetten het water in?

Later herinnert God Zijn volk ook steeds weer aan dit moment. Aan het einde van Exodus, in hoofdstuk 30, lezen we over het bronzen wasbekken. Elke keer voordat ze de ontmoetingstent in gingen, moesten de Hogepriester Aäron en zijn zonen hun handen en voeten wassen. Ook hier weer het water als teken. Alle vuil moest (symbolisch) weggespoeld worden. Ze kunnen God niet ontmoeten, zonder het kwaad, de zonde, achter zich te laten in het water. Aldoor weer een herinnering aan het nieuwe leven, dat God geeft. Zo wijst dit water hier ook al vooruit naar de doop.

Gaan in geloof

In 2 Koningen 2 lezen we opnieuw over een pad door de rivier, opnieuw de Jordaan. Elia is, net voordat hij wordt weggenomen, samen op weg met Elisa naar Jericho. Wanneer ze aan de oever van de Jordaan staan, slaat Elia met zijn mantel op het water en er ontstaat een pad. Op de terugweg doet Elisa hetzelfde. "Hij pakte de mantel van Elia, die van hem afgevallen was, op, keerde terug en bleef aan de oever van de Jordaan staan. Hij nam de mantel van Elia, die van hem afgevallen was, en sloeg het water en zei: Waar is de HEERE, de God van Elia, ja Hij? Hij sloeg het water en het werd naar beide zijden verdeeld, en Elisa ging erdoor." (2 Koningen 2:14 HSV)

Ooit bij de Rode Zee strekte Mozes zijn staf uit over het water en er ontstond een pad. Ooit liepen de priesters met de Ark het water van de Jordaan in en er ontstond een pad. Nu slaan Elia en Elisa op het water en er ontstaat een pad. Het water gehoorzaamt hen, omdat zij allemaal in de kracht van God staan. Zoals het water God gehoorzaamt, zo gehoorzaamt het ook wie in Zijn kracht staat. Allemaal gaan ze door het water. Een geloofsstap naar het nieuwe leven, een nieuw begin, een leven met en voor God.

Asaf zingt er over in één van de psalmen: "De  wateren zagen U, o God, de wateren zagen U, zij beefden, ook de diepe wateren sidderden." (Psalm 77:17 HSV) Opvallend dat hij vlak daarna zingt: "Uw weg was door de zee, Uw pad door grote wateren, en Uw voetstappen werden niet bekend." (Psalm 77:20 HSV) God heeft zelf het pad al voorbereid. Hij gaat voorop. Maar het wordt pas zichtbaar wanneer mensen in geloof hun voeten op dit pad zetten en achter God aan gaan. Gods macht wordt zichtbaar wanneer mensen vol geloof in beweging komen.

God regeert

God stelt grenzen aan het water. Maar water kan ook verwoestend zijn wanneer God die grenzen wegneemt. De mensen in de tijd van Noach hebben het ervaren. De Egyptenaren ook. God liet het water stromen om het kwaad te verwoesten. Maar Hij verdreef het water om voor mensen een plek te maken om te wonen. Om zijn volk naar het land van de belofte te brengen. En om wie van Hem houden te beschermen. Zo maakte Hij zich bekend en zo is het ook van generatie op generatie doorverteld.

Van Job lezen we dat hij, jaren later, zegt: "Door Zijn kracht heeft Hij de zee opgezweept." (Job 26:12 HSV) En in Spreuken: "Toen Hij voor de zee zijn plaats  bepaalde, zodat het water Zijn bevel niet zou overtreden." (Spreuken 8:29 HSV) En in Jesaja: "Wie heeft de wateren met de holte van zijn hand opgemeten." (Jesaja 40:12 HSV) In al deze teksten wordt duidelijk: God regeert, ook over het water. Hij kan het meten in Zijn Hand, stelt grenzen aan het water om mensen te beschermen, maar Hij kan haar ook opzwepen tot een oordeel over het kwaad.

Heb je wel eens het gevoel, dat je overspoeld wordt? Het gevoel dat je verdrinkt. Niet letterlijk door water, maar door zorgen, door omstandigheden waar je in zit, door gebeurtenissen in je leven, door het kwaad om je heen? En verlang je er naar, dat je er uit getrokken wordt?

Weet je wat David heeft ervaren? "Hij bood hulp van omhoog, greep mij vast en trok mij op uit de woeste wateren, ontrukte mij aan mijn machtige vijand, aan mijn haters, die sterker waren dan ik." (Psalm 18:17-18 NBV) David heeft gemerkt, dat er maar een uitweg is: Je uitstrekken naar God. Naar de God aan Wie zelfs het water moet gehoorzamen. "De stem van de HEER boven de wateren, de God vol majesteit doet de donder rollen, de HEER boven de wijde wateren, de stem van de HEER vol kracht, de stem van de HEER vol glorie." (Psalm 29:3-4 NBV) God is de enige die je uit het water kan trekken, die je uit kan tillen boven je omstandigheden, die een pad kan maken op momenten dat er geen hoop meer lijkt te zijn.

Wees niet bang

Weet je wat God vandaag tegen jou zegt: "Moet je door het water gaan – ik ben bij je; of door rivieren – je wordt niet meegesleurd. Moet je door het vuur gaan – het zal je niet verteren, de vlammen zullen je niet verschroeien." (Jesaja 43:2 NBV) God is vandaag voor jou dezelfde als wie Hij was en is voor Israël. God is vandaag voor jou dezelfde, als wie Hij was voor al die geloofsvoorbeelden in de Bijbel.

Hun ervaring met God mag ook jouw ervaring worden: "Het water sloot zich boven mijn hoofd, ik dacht: Ik ben verloren. Uit de diepte van de put roep ik uw naam, HEER. U hoort mijn stem. Sluit uw oor niet voor mijn zuchten en mijn hulpgeroep. Altijd als ik roep, bent u nabij; u zegt mij: ‘Wees niet bang.’ U, Heer, neemt het voor mij op, u redt mijn leven." (Klaagliederen 3:54-58) Gods Naam is JHWH: 'Ik ben'. Hij is dezelfde, die Hij altijd is geweest. Zoals het volk Israël Hem heeft leren kennen, zoals elk geloofsvoorbeeld in de Bijbel Hem heeft leren kennen, zo mag jij Hem ook kennen. Super toch?

Van oud naar nieuw

Het volk Israël ging door het water heen naar het land dat God hen had beloofd; het nieuwe leven. Hun oude leven moesten ze achter zich laten. Ook jij mag door het water heen naar het nieuwe leven dat God voor je heeft klaar liggen. Alles wat hoort bij je oude leven, bij je leven zonder God, laat je achter op het strand. Volg het voorbeeld van Jezus. Hij ging het water van de Jordaan in om gedoopt te worden. Johannes vertelde de mensen: "Ik doop jullie met water tot bekering." (Matteüs 3:11 HSV) Door het water gaan, betekent het oude leven achter je laten. Je oude leven zonder God de rug toe keren.

Jezus kwam op aarde als mens om onze zonden op zich te nemen. En dus moest Hij door dat water heen, zodat onze zonden, ook die van jou, aan Hem zouden vastplakken om ze vervolgens met Zijn lichaam aan het kruis te laten spijkeren!

Hij was mens, maar is ook de Zoon van God. De God aan wie het water moet gehoorzamen en daarom kan het Jezus ook niet vast houden. "Zodra Jezus gedoopt was en uit het water omhoog kwam, opende de hemel zich voor Hem en zag Hij hoe de Geest van God als een duif op Hem neerdaalde. En uit de hemel klonk een stem: ‘Dit is mijn geliefde Zoon, in Hem vind ik vreugde.’ (Matteüs 3:16-17 NBV)

Jezus is de Zoon van God. Hij heeft dezelfde autoriteit als de Vader. En dat liet Hij Zijn leerlingen ervaren: "Er stak een hevige storm op en de golven beukten tegen de boot, zodat die vol water kwam te staan. Maar hij lag achter in de boot op een kussen te slapen. Ze maakten hem wakker en zeiden: ‘Meester, kan het u niet schelen dat we vergaan?’ Toen hij wakker geworden was, sprak hij de wind bestraffend toe en zei tegen het meer: ‘Zwijg! Wees stil!’ De wind ging liggen en het meer kwam helemaal tot rust. Hij zei tegen hen: ‘Waarom hebben jullie zo weinig moed? Geloven jullie nog steeds niet?’ Ze werden bevangen door grote schrik en zeiden tegen elkaar: ‘Wie is hij toch, dat zelfs de wind en het meer hem gehoorzamen?’ (Marcus 4:37-41 NBV) Zo maakt Jezus duidelijk wie Hij is: Gods Zoon! Met dezelfde autoriteit als Zijn Vader. Autoriteit waar Zijn leerlingen in moeten geloven, waar ze op mogen vertrouwen en die ze zelf ook mogen leren gaan gebruiken!

Jezus redt

Ieder mens zal een keuze moeten maken: Wil je leven mét God of zónder God? Wil je een nieuw leven met God, dan is de weg die de Bijbel wijst: een stap zetten het water in. Een stap in geloof om je oude leven de rug toe te keren. Op weg gaan naar het nieuw leven via de weg die God heeft voorbereid.

Petrus zegt over de zondvloed in de tijd van Noach: "En dat water is een voorafbeelding van het water van de doop, waardoor u nu wordt gered. De doop wast niet het vuil van uw lichaam, het is een vraag aan God om een zuiver geweten. Hierom kunt u vragen dankzij de opstanding van Jezus Christus, die de hemel is binnengegaan en nu aan Gods rechterhand zit, terwijl de engelen, machten en krachten aan hem onderworpen zijn. (1 Petrus 3:21-22 NBV) Jezus heeft voor jou het pad gemaakt. Maar het is aan jou om dat pad ook in te slaan, om vol geloof in beweging te komen en stappen te zetten.

Gods vraag aan jou: Ben je bereid om in geloof een keuze te maken? Ja, die keuze zal hoe dan ook strijd kosten. Tot het einde toe zal satan proberen om je te verdrinken in de woeste golven van dit leven, golven van verleiding, van twijfel. "Toen spuwde de slang een stroom water als een rivier achter de vrouw aan om haar daarin mee te sleuren." (Openbaring 12:15 NBV)

Ook dan komt het aan op geloof, zoals Jezus in de storm leerde aan Zijn leerlingen. Geloof in de kracht en autoriteit van Jezus. Spreek de Naam van Jezus uit over elke situatie, over elke verleiding, over elke twijfel, over elke leugen. Je bent veilig, want Jezus is bij je! "Hij, Jezus Christus, is gekomen door water en bloed – niet door het water alleen, maar door het water en het bloed. En de Geest getuigt ervan, omdat de Geest de waarheid is." (1 Johannes 5:6 NBV) Door Jezus en in de kracht van de Heilige Geest kom je veilig aan de overkant! Nieuw leven, ook voor jou!

Om over na te denken

  • Welke tekst die je in deze Bijbelstudie hebt gelezen, viel jou op of raakte jou? (Lees eventueel nog een keer de teksten na.) Wat raakt jou hierin? Welke gedachten kreeg je verder bij deze tekst?
  • God geeft je in de Bijbel veel geloofsvoorbeelden. We lazen over Elia die een geloofsvoorbeeld was voor Elisa. Als Elia aan Elisa vraagt wat zijn verlangen is, dan krijgt hij als antwoord: "Laat er toch twee delen van uw geest op mij mogen zijn." (2 Koningen 2:9) Wie in de Bijbel is voor jou op dit moment echt een voorbeeld? Waarom juist deze persoon? Wat leer je van hem/haar? En wat is daarbij het verlangen wat je hebt voor jezelf?
  • Stappen zetten in geloof is soms best spannend of het kost strijd. Heb je zelf wel eens in geloof een bepaalde stap gezet die voor jou echt spannend was of strijd gekost heeft? Welke stap was dit? Waar zat voor jou de spanning? Welke strijd heb je hierbij ervaren? Hoe ben je hier mee om gegaan?
  • Als je een geloofsstap maakt, dan laat je vaak iets achter je wat vertrouwd is of veilig voelt. Het voelt vaak als een bepaalde zekerheid loslaten. Terwijl de toekomst dan juist nog heel onzeker voelt. Herken je dit? Kun je een voorbeeld geven?
    God vroeg zijn volk om een stap in geloof te zetten. Ze moesten los laten wat ze hadden (het leven in Egypte) en tegelijk beloofde God hen een nieuw leven in een nieuw land. Daar was nog niets van te zien. Dat maakte hen heel onzeker. Door alle omstandigheden twijfelden ze regelmatig. Soms verlangden ze daardoor zelfs terug naar hun oude leven. Herken je deze onzekerheid? Kun je een voorbeeld noemen van jezelf? Hoe ben je daar mee om gegaan?
  • We hebben gelezen over de storm waar de leerlingen van Jezus in terecht kwamen met hun schip. Ze werden doodsbang! En dat terwijl Jezus bij hen was. Ben je zelf wel een in een situatie geweest waarin je echt bang was? Wat heb je toen gedaan? Welke rol speelde jouw geloof in deze situatie?
  • Door het water gaan ... met de doop ga je door het water. Met Christus sterven en weer opstaan, zegt Paulus (Kolossenzen 2:3). Het oude leven achter je laten, en opstaan in een nieuw leven. Hoe ziet voor jou dat 'oude leven' er uit? Wat moet jij achter je laten? En welk beeld heb je van het 'nieuwe leven'?
  • De doop is een geloofskeuze. Je kiest er voor om het oude leven achter je te laten. En dan door het water naar het nieuwe leven. Heb jij deze keuze al gemaakt?
    - Zo ja: Hoe ben je tot deze keuze gekomen? En hoe heb je deze stap ervaren?
    - Zo niet: Heb je wel een verlangen naar een nieuw leven met Jezus als jouw Redder, Verlosser en Heer? Wat heb je nodig om tot een keuze te kunnen komen? Zijn er belemmeringen, twijfels, omstandigheden die het voor jou lastig maken? Welke? Hoe zouden anderen je hierbij kunnen helpen? Wat zou voor jou een volgende stap kunnen zijn?

Gebed

Vader in de hemel, dank U voor Uw Woord. Dank U voor de geloofsvoorbeelden waarover ik mag lezen en van wie ik kan leren. Dank U voor wat ik in de Bijbel lees over ... (noem jouw geloofsvoorbeeld uit de Bijbel) ... Ik vind het zo geweldig, dat ... (noem wat je zo bijzonder vindt bij deze persoon) ... Door wat ik lees over hem/haar verlang ik er naar dat ... (noem je verlangen). Wilt U mij hierin zegenen? Geef mij meer geloof, vertrouwen en meer van Uw Geest. Vader, help mij elke dag weer om de juiste keuzes te maken.

(Als je nog niet gedoopt bent:)
Ik wil het oude leven achter me laten en een nieuw leven beginnen met U. Ik verlang er naar om me te laten dopen. Wilt U mij hier in leiden en mij beschermen in de geestelijke strijd die dat met zich mee brengt.

(Als je al gedoopt bent:)
Ik verlang er naar om verder te groeien in mijn nieuwe leven. Laat me zien welke taak, welke roeping, welke bediening U concreet voor mij heeft. Hoe mag ik concreet Uw Koninkrijk zichtbaar maken?

Wilt U mij hier in leiden. Tot eer en glorie van uw Naam!

In Jezus' Naam, Amen!